Het complete verhaal over zorgplicht bij profielfondsen (deel 3)
Wie als adviseur een bepaalde gemaksoplossing als een profielfonds adviseert aan zijn klant, heeft een Nationaal Regime-vergunning van de AFM nodig. Je gedraagt je dan namelijk als een ‘beleggingsonderneming’ waar zorgplicht en rapportageregels voor gelden. Sinds begin 2018 is MIFID II van kracht, met zwaardere regels voor beleggingsondernemingen. Wat betekent dit voor jou als je klanten wilt adviseren over profielfondsen?
Profielfondsen zijn vermogensopbouwproducten met een beleggingscomponent en vallen onder de reikwijdte van MIFID. Dat geldt niet alleen voor de producten zelf, maar ook voor de dienstverlening eromheen. Dus ook voor jou als je deze producten aan consumenten adviseert of erin bemiddelt.
MIFID is in 2007 in werking getreden. Een klein half jaar later werd het Nationaal Regime geboren, bedoeld om een deel van de MIFID-regels te verlichten voor adviseurs die willen bemiddelen in of adviseren over beleggingsfondsen.
Sinds begin 2018 zijn de MIFID-regels verder aangescherpt en uitgebreid onder de noemer MIFID-II. Het Minister van Financiën heeft zich nadien gebogen over de vraag in hoeverre deze nieuwe regels ook voor adviseurs met een Nationaal Regime-vergunning moeten gelden.
Op 30 augustus 2018 maakte het ministerie bekend hoe zij het Nationaal Regime verwacht aan te passen. Daarop startte een consultatieperiode, die op 12 oktober werd gesloten.
Sindsdien is het stil.
Maar op basis van de tekst van de voorgestelde aanpassingen en de beperkte hoeveelheid reacties van belanghebbenden kan al wel een beeld worden verkregen van de mate waarin MIFID-II invloed heeft op het Nationaal Regime. Als je klanten wilt adviseren over gemaksoplossingen als profielfondsen moet je rekening houden met in ieder geval de volgende 3 onderdelen:
1. Dossiervorming
Waarschijnlijk doe je het al. Het is in ieder geval een logische: dossiervorming. Je inventariseert een aantal zaken van je klant om een goed advies te kunnen formuleren. De financiële positie, de kennis van beleggen, de ervaring met beleggen, de doelstellingen voor het te beleggen vermogen en de risicobereidheid en -capaciteit mbt het te beleggen vermogen. Het zijn zaken die je in kaart wilt hebben gebracht voordat je een beleggingsprofiel opstelt voor een klant en overgaat tot een advies. Je legt het vast in een dossier dat je minimaal 5 jaar bewaart.
2. Beleggingsbeleid
Als je adviseert over en/of bemiddelt in een profielfonds word je gezien als een ‘distributeur’. Je moet dan beleid opstellen waarin je beschrijft welke profielfondsen je meeneemt in je beoordeling en voor welke type klanten (beleggingsprofiel) jij die profielfondsen geschikt vindt. Belangrijk hierbij zijn de kenmerken en risico’s van de profielfondsen. En hoe deze volgens jou passen bij een bepaald klant-beleggingsprofiel.
3. Advies
Als je daadwerkelijk een profielfonds wilt adviseren, moet je een adviesovereenkomst met je klant hebben. Hierin geef je aan of je op onafhankelijke basis adviseert of niet. En je vermeldt met welke rechten en plichten jij en je klant te maken hebben. In je uiteindelijke advies moet je rekeninghouden met een geschiktheidsrapportage en met de pre-contractuele informatie.
De geschiktheidsrapportage is niets anders dan de basis voor je advies: Waarom jij vindt dat een bepaald fonds bij je klant past. Hierbij moet je bijvoorbeeld onder meer ingaan op de doelstellingen van je klant, op zijn risicocapaciteit en op de mate waarin je klant de risico’s van het advies moet kunnen begrijpen op grond van zijn kennis en ervaring. Je moet ook aangeven of de geschiktheidstoets eenmalig is, of binnen je adviesrelatie periodiek plaatsvindt.
De pre-contractuele informatie betreft alle noodzakelijke informatie over het profielfonds dat je adviseert, zoals de kosten en de risico’s. Maar ook op welke manier je klant de belegging kan/moet aanschaffen en welke kosten daarmee gepaard gaan.
Het advies zelf, dus inclusief de adviesovereenkomst en de geschiktheidsrapportage neem je op in het dossier van je klant. Belangrijk is dat de manier waarop het advies wordt gegeven en indien van toepassing ook tot uitvoering wordt gebracht, wordt vastgelegd. Als dit telefonisch is, moet het gesprek daadwerkelijk worden opgenomen en bewaard.
Slotopmerking
De verwachting is dat het Ministerie van Financiën begin 2019 met het definitieve voorstel komt voor de implementatie van MiFID II voor het Nationaal Regime. Dan zal ook duidelijk worden welke eisen er gaan worden gesteld aan de vakbekwaamheid van adviseurs die willen adviseren over profielfondsen.
Lees ook: Het complete verhaal over zorgplicht bij profielfondsen – deel 1
Lees ook: Het complete verhaal over zorgplicht bij profielfondsen – deel 2